Marianna - Tallahassee (donderdag 20 april, eenenveertigste fietsdag)

23 april 2023 - Tallahassee, Florida, Verenigde Staten

Het ontbijt vindt bijna in mijn tent plaats, zo dicht is mijn tent bij de ontbijtlocatie. Ik hoef dus niet ver te lopen. Ik heb gisteren wat lang aan mijn blog gewerkt en ben wat later naar bed gegaan. Dat ik weer bij ben met mijn blog, geeft wel een gerust gevoel. Omdat we vandaag een rit van 85 mijl voor de boeg hebben, ook nog een uur verliezen (we gaan van Central Time naar Eastern Time) en ook nog een warme dag tegemoet gaan, mogen we reeds om 7.30 uur vertrekken. En het is niet veel later, dat we ook daadwerkelijk vertrekken. We draaien meteen de Highway 90 E op, maar we gaan er bijna direct weer af ook. We komen op een mooie weg te rijden met een witte streep, zodat de fietsers hun eigen deel hebben, maar er ligt heel veel troep op "het fietspad": met name takjes en takken van de bomen, die heel dichtbij de weg staan. Daarnaast zijn er nog de nodige "overhangende takken". Feitelijk is het heel gevaarlijk om hier te rijden: het lijkt wel op slalommen. Paul rijdt voorop. Er is weinig verkeer en eerlijk gezegd begrijp ik niet, waarom hij op het fietspad blijft rijden. Af en toe belanden we wel op de weg, maar dat is als het te erg wordt. Dit gaat ongeveer 10 mijl zo door. We overleven het. Dat het nog vroeg in de ochtend is en iedereen nog fris is, zal daarbij wellicht ook een rol spelen. Na 15 mijl komen we weer op de Highway 90 E. We naderen vervolgens de Apalachicolarivier, die uit Lake Seminole voortvloeit. Er is een grote stuwdam in het meer gelegd. We maken er foto's van vanaf de brug. Vervolgens moeten we een flink stuk klimmen om in Chattahoochee te komen, waar direct in het begin onze eerste sagstop is. De grens tussen Florida en Georgia loopt dwars door het meer en boven Chattahoochee langs. Ik ben nog niet in Georgia geweest en eigenlijk is dit een ideale kans, maar het komt er niet van, ook al geeft de GPS aan, dat het maar een halve mijl is. Ik neem nog wel een foto van het welkomstbord van Chattahoochee: deze naam heeft toch ook wat. We stoppen uiteraard bij de sag, die op 25 mijl is. Een banaan en appel verder stappen we weer op. Het begint al wat warm te worden. We rijden Chattahoochee uit en blijven op landelijke wegen rijden: geen Interstate 10 en geen Highway 90. We rijden weliswaar door landelijk gebied, maar de agrarische activiteiten zijn beperkt: af en toe wat koeien, af en toe wat paarden en af en toe een braakliggend of net ingezaaid terrein, waarbij voor mij de vraag is, wat er ingezaaid is. We rijden door het dorp Gretna, dat mij aan Gretna Green in Schotland doet denken, maar ik zie geen reclame voor huwelijkssluitingen en ook geen smid: toeval dus. We zijn Gretna ook weer snel uit. We rijden verder richting Quincy. De huizen worden mooier en groter. We zien een paar heel grote huizen met in de tuin een flink aantal zonnepanelen: de tuin biedt er ook ruimte voor. Even later zien we de golfbaan van Quincy: dat hoort ook wel een beetje bij de huizen. Ik heb het idee, dat het gemiddelde lid van de golfclub niet wakker ligt van een entrance fee van $ 100.000 om maar eens wat te noemen. In Quincy zelf staan de nodige huizen, die de juistheid van mijn veronderstelling eerder bevestigen dan ontkrachten. We stoppen in Quincy, omdat de tweede sagstop bemand door Sherry en Rose, daar is. Ik ben net gestopt om een foto te maken van het Courthouse van Quincy, als ik voor het Courthouse (onder grote magnolia's) medefietsers zie staan ten teken, dat hier de tweede sagstop is 47 mijl). Ik kan de sagstop nu dus combineren met foto's maken. Het Courthouse is zoals veel Courthouses (en raadhuizen) een gebouw met klassieke zuiltjes en een koepel: daar staan er nogal wat van in Amerika. Denk aan het Capitool en dan wat kleiner: dan heb je wel een beeld van de meeste. Het blijft evenwel leuk om te zien. We eten en drinken flink bij de sag, het drinken uiteraard ook vanwege de warmte. Ik maak ook nog foto's van de magnolia's: helaas zijn ook deze nog niet volledig in bloei, maar het wordt steeds beter. We besluiten om niet in Quincy te gaan lunchen, maar in Havanna, dat een mijl of 12 verder ligt. We laten Quincy en zijn mooie huizen achter ons en rijden verder, waarbij we nog steeds de Highway 90 kunnen mijden. Vlak voor Havanna zien we ineens een echte agrarische activiteit en nog op grote schaal ook: de teelt van boomkwekerijprodukten en dat aan twee kanten van de weg, zo te zien wel door hetzelfde bedrijf. Er zijn al diverse producten van het land gehaald en zo is te zien, dat de potten op een laagje plastic staan: van teelt op beton of platen oid is geen sprake. Voor zover ik het bekijken kan, is er maar één bedrijf: van Boskoopse toestanden is dus nog geen sprake. Even verderop komen we in Havanna. Dat maakt een mindere indruk dan Quincy, maar we vinden er wel een restaurant. Het is er niet druk en ik heb ook niet het idee, dat het snel gaat, maar dat laatste valt uiteindelijk nog mee en het eten is heerlijk. Als we de twee eigenaren en/of medewerkers vertellen, dat we C2C rijden, vallen ze bijna om: "All the way from San Diego?" Ze kunnen het bijna niet geloven. "Safe trip" kunnen ze nog net uitbrengen. We zitten op 58 mijl. We moeten er dus nog 27 en het wordt warmer. We rijden Havanna uit en komen na enige mijlen op de Orchard Pond Parkway. Dat is een mooie weg door groen gebied (de term "Parkway" doet ook zoiets vermoeden). Bijzonder is, dat de weg een tolweg is, maar dag geldt nou weer niet voor fietsers. Het is de eerste tolweg, die we tegenkomen, maar het raast meteen van de advertenties over hoe tolwegen het beste betaald kunnen worden. Wij hoeven de advertenties niet echt te lezen. Als we de parkway achter ons laten, zijn we meteen bij de derde sagstop van vandaag, die op 70 mijl is gelegen bij een Shell station, bemand wordt door Laura en net buiten Tallahassee ligt. We eten en drinken er wat. Paul haalt een icecoffee van Starbucks en, als Piet en ik aangeven, dat nog nooit gehad te hebben, trakteert hij ons erop. Ik krijg caramelsmaak, Piet mokka. Het gaat in één keer door de keel (het is dorstig weer: het vochtgebruik ligt weer op het niveau van het begin, toen het in Arizona overdag al behoorlijk warm was) en het smaakt prima. We beginnen vervolgens aan de laatste 15 mijl, die ons van het Noorden van Tallahassee naar het zuiden van Tallahassee moeten brengen. Bij Tallahassee moet ik aan het liedje over Billy Joe McAllister denken "who jumped off the Tallahassee bridge", maar ik ben er inmiddels achter, dat het liedje niet over een brug in Tallahassee, Florida, gaat, maar over een brug over de Tallahatchie River in Cocktaw Ridge (Mississippi). Weer wat geleerd. Tallahassee is de hoofdstad van Florida, een drukke stad en het is rond 16.00 uur. Veel verkeer dus. Ik rij eerst nog een aantal mijl op kop en daarna nemen Rick en vervolgens Paul over, omdat zij de signalen van GPS rechtstreeks ontvangen en beter thuis zijn in het verkeer in een Amerikaanse stad en in de Amerikaanse verkeersregels. We rijden door met bomen omringde wegen (veel Ierse namen in het begin: Caher, Bantry, Limerick, Killarney etc.) min of meer van de noordkant via de westkant naar de zuidkant. Dat gaat zonder grote problemen. Het laatste stuk, Canopy Road, waarbij bomen met hun bladeren de weg overdekken, is heel fraai. Van Tallahassee zelf zien we eigenlijk niets, maar het is niet anders. Goede reden voor een nieuwe vakantie naar Florida. Zonder problemen komen we na 85 mijl aan bij het motel, dat inmiddels niet meer de naam Quality Inn draagt, maar Redroof Inn (oid). "Als ze maar een bed en een douche hebben", is mijn gedachte en de naam geloof ik wel. Omdat het warm is, ga ik ook nog even in het zwembad, hoewel dokter Jenny zegt wat twijfels te hebben over de kwaliteit van het water. Sherry is er ook in geweest en zegt niet groen te zijn geworden: het zal dus wel meevallen met de kwaliteit van het water. Na het zwemmen nog even zonnen: ik doezel lekker weg: dit is ook vakantie. Douchen voor het eten lukt niet meer. Het eten smaakt weer goed met verschillende soorten pasta en ook nog tiramisu. Als er overblijft, neem ik er nog eentje: de energievoorraad moet wel op peil blijven. Ik maak daarna twee blogs af, verstuur wat mailtjes en ga laat douchen: dat wordt een kortere nacht dan gewoonlijk.